Genade en Waarheid

Mozes en de Koran

De Oudtestamentische wetten, die Mozes op stenen tafelen ontving van JHWH bevatten lijfstraffen zoals wij die (her)kennen in de Koran: verminkingen en lijfstraffen, vaak met de dood als gevolg.

Het volgende staat bijv. in Koran vers 5.33 – Het geven van kritiek op de Islam verdient volgens de sharia de doodstraf of andere erge straffen.
Een van de verzen waarop dit gebaseerd is, is koranvers 5.33.
“De vergelding voor degenen die oorlog tegen Allah en Zijn boodschappers voeren en er naar streven wanorde in het land te scheppen, is slechts dat zij gedood of gekruisigd worden, of dat hun handen en hun voeten de ene rechts en de andere links, worden afgesneden”.
Dus: rechterhand en linkervoet eraf, maar andersom mag ook.

“Of dat zij het land worden uitgezet. Dat zal voor hen een schande in deze wereld zijn en in het Hiernamaals zullen zij een grote straf ontvangen”.

Toelichting.
De leidinggevende Koran geeft aan dat oorlog voeren tegen Allah en Zijn Boodschappers onder andere betekent: “weerstand bieden” of “tegenspreken”, dus kritiek leveren.
Wie “het lef” heeft om op de Islam kritiek te geven, stelt zich bloot aan één van de straffen vermeld in koranvers 5.33.
In het Boek Deuteronomium hfdst 19 vs 21 lezen wij bijv. “Heb geen medelijden en eis een leven voor een leven, een oog voor een oog, een tand voor een tand, een hand voor een hand, een voet voor een voet”.

Een ander voorbeeld in hetzelfde Boek over de huwelijkswet:
“Indien de maagdelijkheid van het meisje niet kan worden aangetoond, moet zij naar haar ouderlijk huis worden teruggebracht en daar voor de deur door de mannen van de stad worden gestenigd zodat zij sterft”.

De betekenis van Jezus komst
In het vorige hoofdstuk heb ik uitgelegd dat Jezus Christus op het ‘moment’ naar de aarde kwam toen de mensheid daar rijp voor was. Dit moment was tijdens de overgang van het tijdperk Ram naar het Vissen-tijdperk.
En hier heb ik de functie van het Ram-tijdperk uitgelegd als noodzakelijke ontwikkelingsfase naar het volgende: het Vissen-tijdperk. Dat hoofdstuk behandelt de opleiding van Gods kinderen.

“Het Woord is mens geworden en heeft onder ons gewoond, vol van genade en waarheid, en wij hebben zijn grootheid gezien, de grootheid van de enige Zoon van de Vader. Van hem getuigde Johannes toen hij uitriep: ‘Hij is het over wie ik zei: “Die na mij komt is meer dan ik, want hij was er vóór mij!” Uit zijn volheid zijn wij allen met goedheid overstelpt. De wet is door Mozes gegeven, maar genade en waarheid zijn door Jezus Christus gekomen.

Mozes ontving de wet van JHWH, die wij (her)kennen als Allah, die sterke overeenkomsten vertoont met de Koran.
Jezus Christus komt met een verder strekkende bedoeling van die wetten: “Gij hebt gehoord, dat er gezegd is: Oog om oog en tand om tand. Maar Ik zeg u, de boze niet te weerstaan.  Gij hebt gehoord, dat er gezegd is: Gij zult uw naaste liefhebben en uw vijand zult gij haten. Maar Ik zeg u: Hebt uw vijanden lief en bidt voor wie u vervolgen”.

Met ‘de ouden’ bedoelt Hij de gegeven wetten en voorschriften die Mozes van god ontving. Maar daarover zegt Hij: “Denk niet dat ik gekomen ben om de Wet of de Profeten af te schaffen. Ik ben niet gekomen om ze af te schaffen, maar om ze tot vervulling te brengen”.

Het vervullen van de wet
Hier lezen wij een nadere toelichting over wat Hij bedoelde met het implementeren, het ‘tot vervulling brengen van de Wet’.     

“Wee jullie, Schriftgeleerden en farizeeën, huichelaars, de buitenkant van bekers en schalen spoelen jullie af, maar de binnenkant blijft vol roofzucht en onmatigheid. Zo lijken ook jullie voor de mensen uiterlijk op rechtvaardigen, terwijl jullie innerlijk vol huichelarij en wetsverachting zijn”.

De oudtestamentische wetten konden slechts de daden bestraffen, nadat ze gepleegd werden. Bijv. de mens kan de meest moordlustige plannen hebben naar zijn naasten, hij kan hen haten, en in gedachten allerlei verwensingen bedenken. Maar voor het oog van de mensen ziet hij er uit als een voorbeeldige, nette burger.

Dezelfde onmacht van de oudtestamentische wetten zien wij terug in het rechtssysteem van onze hedendaagse maatschappij.

Terreurcellen zijn nauwelijks te berechten zolang zij aan het beramen van de aanslagplannen zijn. Pas in een zeer laat stadium mogen/kunnen zij worden gearresteerd; vaak is het dan te laat, en hebben zij de misdaad al gepleegd.

Jezus kwam met de juiste bedoeling van de wet, namelijk om de misdaad in de mens zelf, in zijn binnenste, te veroordelen, door deze niet te koesteren. M.a.w. bij de vervulling van de wet gaat het om de reinheid van binnen!

Wat Hij met ‘de wet vervullen’ bedoelt, lees je ook hier: “Jullie hebben gehoord dat gezegd werd: “Pleeg geen overspel.” En Ik zeg zelfs: iedereen die naar een vrouw kijkt en haar begeert, heeft in zijn hart al overspel met haar gepleegd”.

Het evangelie van het Koninkrijk
“De Schriftgeleerden en de farizeeën brachten een vrouw bij hem die op overspel betrapt was. Ze zetten haar in het midden en zeiden tegen Jezus: ‘Meester, deze vrouw is op heterdaad betrapt toen ze overspel pleegde. Mozes draagt ons in de wet op zulke vrouwen te stenigen. Wat vindt u daarvan?’

Dit zeiden ze om hem op de proef te stellen, om te zien of ze hem konden aanklagen. Jezus bukte zich en schreef met zijn vinger op de grond. Toen ze bleven aandringen, richtte hij zich op en zei: ‘Wie van jullie zonder zonde is, laat die als eerste een steen naar haar werpen.’ Hij bukte zich weer en schreef op de grond. Toen ze dat hoorden gingen ze weg, een voor een, de oudsten het eerst, en ze lieten hem alleen, met de vrouw die in het midden stond.

De Schriftgeleerden en farizeeën waren in Jezus’ dagen de godsdienstige leiders van het volk. Zij waren zeker niet goddeloos, integendeel!  Zij hielden zich strikt aan de Wetten zoals  Mozes deze op de berg Horeb van god had ontvangen. 

Vele ‘christenen’ houden vandaag nog steeds vast aan de misvatting dat de oudtestamentische god JHWH/Allah de vader is van Jezus Christus.  Als dat inderdaad het geval was, dan zou Jezus de godsdienstige leiders juist geprezen hebben voor hun ijver voor de zaak van Zijn Vader! Sterker nog: dan had Jezus helemaal niet op aarde hoeven komen; de Wetten van Zijn Vader werden immers nageleefd en door de priesters volgens de Wet gehandhaafd??

Nu maakte de overspelige vrouw kennis met het evangelie van het Koninkrijk van Zijn Vader.  Jezus richtte zich op en vroeg haar: ‘Waar zijn ze? Heeft niemand u veroordeeld?’ ‘Niemand, heer,’ zei ze. ‘Ik veroordeel u ook niet,’ zei Jezus. ‘Ga naar huis, en zondig vanaf nu niet meer.’

Hier herkennen wij de zendingsmissie van Jezus Christus waarvoor Hij op aarde kwam: vol van genade en waarheid. De genade, die de overspelige vrouw ontving, zijn de woorden: “‘Ik veroordeel u ook niet”, gevolgd door de waarheid: “Ga naar huis, en zondig vanaf nu niet meer.’

Het evangelie van het Koninkrijk voor onze tijd
Deze boodschap: “Ik veroordeel u niet, maar zondig niet langer” geldt heden ten dage voor ons, die door het Woord tot geloof zijn gekomen: “Let dan op de goedertierenheid Gods en zijn gestrengheid: over de gevallenen gestrengheid, maar over u goedertierenheid Gods, indien gij bij de goedertierenheid blijft; anders zult ook gij weggekapt worden”.

Dit hoofdstuk gaat over de Joden, die Jezus verworpen (gekruisigd) hadden; zij worden in onderstaande tekst ‘de natuurlijke takken’ genoemd; hij zal ook ons niet sparen als wij deze boodschap verwerpen.

“Want indien God de natuurlijke takken niet gespaard heeft, Hij zal ook u niet sparen”. Dat de Joden hem verwierpen zien wij ook in deze tekst terug:
“Hij kwam naar wat van hem was, maar wie van hem waren hebben hem niet ontvangen”.  Jezus kwam van de stam Juda, zij waren ‘van hem’, maar zij hebben Hem niet ontvangen; zij kruisigden Hem.

“Wie hem wel ontvingen en in zijn naam geloven, aan hen heeft hij het voorrecht gegeven om kinderen van God te worden”.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *